445 resultaten
Zandenplas
Putten
Heerderstrand
Elburg
De Familie Spaan was een familie die als onderduikadres goldt tijdens de Tweede Wereldoorlog. Lees onder andere over het verhaal van Carla Jacobs en hoe het laatste oorlogsjaar voor de familie Spaan een dramatisch verloop zou hebben.
Het achtste onderduikadres van Carla Jacobs was bij de familie Spaan op ’t Harde. Dick Bleij en zijn vriendin Miep Westerink brachten Carla Jacobs op het Oostloo op de boerderij van Eibert en Sientje Spaan. Bij de familie Spaan werd Carla liefdevol opgevangen. Carla sliep in de opkamer boven de kelder. Omdat de familie Spaan vijf jongens had, was een meisje dat een beetje in de huishouding kon helpen welkom. Soms hielp Carla mee op het land bij het oogsten. Een poos later kwamen er nog enkele onderduikers bij, waaronder Piet. Bij de familie Spaan was voldoende voedsel. Op de boerderij werd gekarnd, gedorst, brood gebakken en soms geslacht. In de zomermaanden kwamen twee Rotterdamse gezinnen een paar weken logeren. Hun mannen werkten als dwangarbeiders in Duitsland. Midden in de hooischuur was een schuilplek gemaakt met twee afdelingen, waar bij onraad ook geslapen kon worden.
Op 10 december 1944 veranderde alles plotseling. Willem Spaan en zijn vader werden gearresteerd. Het was niet langer veilig bij de familie Spaan. Carla werd weer naar de familie Zoet aan de Molenweg in Elburg gebracht. Bij Helmig Zoet zaten diverse mensen ondergedoken, waaronder de moeder van Carla. In Elburg maakten Carla en haar moeder op 19 april 1945 de bevrijding mee. Na de oorlog werd het gezin Jacobs herenigd.
Eibert en Willem Spaan
Het laatste oorlogsjaar zou voor de familie Spaan uit ’t Harde een dramatisch verloop hebben. Eibert Spaan (1893-1945) en zijn vrouw Sientje Spaan- Berghorst (1895-1982) woonden met hun gezin op een kleine boerderij in buurtschap Oostloo (Aperlo, nummer G 80). Eibert en Sientje hadden vijf zoons: Hendrik (1915), Frank (1917), Willem (1919), Aart (1925) en Reijer (1928). Een zoontje Aart was na ongeveer zeven weken overleden. De oudste twee zoons trouwden in 1941 en 1943 en woonden na hun huwelijk niet meer thuis. Het leek erop dat de familie Spaan redelijk goed door de oorlog zou heenkomen. Maar op zondagavond 10 december 1944 veranderde alles rigoureus.
Hinderlaag
Bij de boerderij van veehandelaar Herman Bouw klopten in de eerste week van december 1944 twee mannen in overalls aan. Het was onduidelijk wat ze wilden, maar al gauw leek het om twee Engelse piloten te gaan. Met gebaren maakten ze duidelijk dat ze behoefte hadden aan voedsel. De piloten hadden hulp nodig om weer terug te kunnen keren naar hun thuisbasis. Ze wilden weer herenigd worden met de geallieerde piloten achter de frontlinie. Er werd een afspraak geregeld met het verzet op zondagavond 10 december. Vanuit Elburg kwamen Aart Kruithof en Johan Brouwer naar de boerderij van Bouw voor een ontmoeting met de Engelse piloten, maar tot hun verbazing verschenen de piloten niet. Even later werden de verzetsmensen gearresteerd door zwaarbewapende Duitse militairen. De (verklede) piloten bleken geen Engelsen te zijn, maar Duitsers. De arrestanten waren in een hinderlaag gelokt.
Meer arrestanten
Al heel gauw werd duidelijk dat iedereen die zich in de omgeving van de boerderij van Bouw begaf, zou worden gearresteerd. Willem Spaan wilde die zondagavond nog even op bezoek bij zijn meisje Jannetje Haze. Dat werd hem fataal. Willem Spaan werd volkomen onverwacht opgepakt. Ook Diesmer Vlieger en zijn dochter Hendrikje werden gearresteerd. En in de vroege uren van de maandagmorgen werden ook de broers Willem, Beert, Hendrik en Teunis Vlieger ingerekend. Toen op maandagmorgen bleek dat Willem Spaan niet thuis was, werd vader Eibert Spaan ongerust. Hij besloot op onderzoek uit te gaan. Bij de familie Haze, die iets verderop woonde, bleek Willem de avond daarvoor niet aangekomen te zijn. Wel was het de familie Haze opgevallen dat er bij de boerderij van Herman Bouw die zondagavond zwaaiende lichten van zaklantaarns waren te zien. Eibert Spaan besloot daarop naar Bouw te gaan om helderheid te krijgen. Dat werd hem noodlottig. Eibert Spaan werd gearresteerd. Ook Herman Bouw werd gevangengenomen. Zijn knechten Hendrik Haze en Aalt Berghorst wisten ternauwernood te ontkomen.
Naar Apeldoorn
Op maandag 11 december werden de arrestanten met een vrachtauto overgebracht naar de Koning Willem III-kazerne in Apeldoorn. Pogingen van Sientje Spaan-Berghorst om in Apeldoorn contact te krijgen met haar man en zoon om winterkleding te bezorgen, hadden geen resultaat. Ze werd niet toegelaten. De arrestanten verbleven tot 19 december 1944 in Apeldoorn. Op die dag werd de groep (met uitzondering van Hendrikje Vlieger) overgebracht naar Kamp Amersfoort. Hendrikje Vlieger werd op 5 januari 1945 vrijgelaten. Ook Barend Bosman kwam vrij doordat zijn vader de Duitsers succesvol omkocht.
Neuengamme en Wöbbelin
Op 2 februari werden Eibert en Willem Spaan met de andere buurtgenoten per trein vanaf Amersfoort overgebracht naar het concentratiekamp Neuengamme. Daar arriveerden ze op 4 februari. Het contact met de familie op ’t Harde viel weg. Het leven in Neuengamme bleek ondragelijk zwaar. Er moesten zware stenen worden versjouwd en het eten was te weinig en van onvoldoende kwaliteit. Vanuit Neuengamme volgde overplaatsing naar het concentratiekamp in Wöbbelin. Willem Spaan kreeg dysenterie. Hij kwijnde langzaam weg, terwijl zijn vader hem probeerde te verzorgen. Willem stierf op 22 maart 1945 op 25-jarige leeftijd. Eibert Spaan was niet in staat om bij het begraven van zijn zoon te zijn. De volgende dag plantte hij een sneeuwbes op het graf.
Thuiskomst
Desondanks wist Eibert Spaan de verschrikkingen van het kampleven te overleven. De Amerikanen bevrijdden het kamp. Eibert Spaan werd per vliegtuig overgebracht naar Brussel. Ernstig verzwakt wist hij liftend in twee dagen thuis te komen. Vanaf de IJsselbrug bij Zwolle kreeg hij een lift van Engelse militairen. Zij brachten de verzwakte Eibert Spaan naar zijn boerderij op ’t Harde. De thuiskomst was op 27 mei 1945. Hier vernam Eibert dat de familie reeds op de hoogte was van het sterven van zijn zoon Willem. Kort na zijn thuiskomst kwamen familieleden van mensen die ook waren gedeporteerd, informeren naar het lot van hun dierbaren. Eibert Spaan kon vanaf zijn bed in al zijn zwakheid soms informatie verschaffen. Maar zijn gezondheid bleek heel broos. Eibert kon voor het eerst zijn naar hem genoemde kleinzoon zien, maar zijn krachten namen per dag af. Eibert Spaan stierf op 6 juni 1945. Hij bereikte de leeftijd van 51 jaar. Op zijn begrafenis stond dominee Cuperus stil bij de tekst: ‘En ik ben maar alleen ontkomen om het u aan te zeggen.’ Tijdens de begrafenisplechtigheid werd ook stilgestaan bij het sterven van Willem Spaan. De teraardebestelling had zo het karakter van een dubbele begrafenis. Op de grafsteen van Eibert Spaan op de begraafplaats aan de Zuiderzeestraatweg te Doornspijk staan de volgende woorden: ‘Hij stierf als martelaar der Duitsche tirannie.’
Bron:
Willem van Norel. Elburg en omstreken in oorlogstijd 1940-1945. Herdenkingsboek. Raalte, 2020.
De Familie Spaan was een familie die als onderduikadres goldt tijdens de Tweede Wereldoorlog. Lees onder...
‘t Harde
De gedenkmuur in het Apeldoornsche Bosch herinnert aan de circa 1300 patiënten en personeelsleden van...
Apeldoorn
Gratis parkeren aan de rand van Nationaal Park de Veluwezoom. Bedoeld voor gasten met eigen fiets of...
Eerbeek
Oosterwolde
Bij het Toeristisch Informatie Punt (TIP) in de hal van het prachtig verbouwde "Oude Stadhuis" op de...
Harderwijk
Brasserie De Hoeve, een eet- en drinkgelegenheid op het landgoed van Kasteel De Vanenburg
Putten
Deze prachtig gerestaureerde herenboerderij uit 1872 is thans een toplocatie voor evenementen.
Brummen
Leef je uit in het sensationele Klimbos Harderwijk! Dit klimbos is niet zo maar een klimbos.
Harderwijk
De Bruine Enk was een voormalig Joods werkkamp in Nunspeet. In september 1940 werden aan de Hullerweg...
Nunspeet
In Informatiecentrum Renkums Beekdal kom je meer te weten over de Renkumse Poort, een natuurlijke verbindingszone...
RENKUM
Toeristisch informatiekantoor van Nunspeet, waar je terecht kunt voor informatie over de plaatsen Nunspeet,...
Nunspeet
Elburg
Veerdienst tussen Driel en Oosterbeek.
Driel
Welkom op het leukste kinderkoninkrijk van de Veluwe. Laat je warm onthalen door Koning Lodewijk en zijn...
Hoenderloo
Vijf onderduikadressen in Oldebroek op een rij
In Oldebroek waren tijdens de Tweede Wereldoorlog relatief veel woningen en boerderijen waar onderduikers een (veilige) plek hadden. Heel bijzonder is dat aan de Zuiderzeestraatweg en (doorlopend) aan de Feithenhofsweg vijf aaneengesloten huizen op een rij Joodse onderduikers verborgen hielden. In 1995 schreef Henk van ’t Hul, zoon van de bewoners van één van deze huizen daar een verhaal over.
De huizen hadden in de oorlogsjaren een andere nummering dan tegenwoordig. Toen werden de woningen aangeduid met E 94, E 95, E 96, E 97 en E 98. Momenteel staan deze woningen geregistreerd met de adressen Zuiderzeestraatweg 29 en 31 en de adressen Feithenhofsweg 3, 5 en 7.
Op E 94 (Zuiderzeestraatweg 29) woonde de oude molenaar Helmig van de Weg met zijn vrouw Johanna van de Weg-Aarsen. Zij verborgen voor kortere of langere tijd tijdens de oorlog vier Joodse onderduikers: Sophie Northeimer, het echtpaar Leon en Roos Trompetter en hun dochter Lottie. Later kregen ook het Joodse echtpaar Visser met hun dochter tijdelijk onderdak bij de familie Van de Weg. Alle vier onderduikers wisten uiteindelijk de oorlog te overleven.
Buurman Hendrik Boeve (E 95) zat volop in het verzet in Oldebroek. Hij en zijn vrouw Hendrikje Boeve-van Loo verborgen in hun woning aan de Zuiderzeestraatweg 31 het Joodse meisje Enny Jacobs. Vanaf het Pinksterweekend van 1944 tot in november 1945 verbleef ook Sonja Zelewicz bij de familie Boeve. Zij was in 1938 vanwege de toenemende Jodenvervolgingen met haar ouders uit Duitsland naar Nederland gevlucht. Enny Jacobs en Sonja Zelewicz overleefden de oorlog.
Net om de hoek, aan de Feithenhofsweg 3 (E 96) woonde de familie Van ’t Hul. Bij Jaap van ’t Hul en Petertje van ’t Hul-Koornberg zaten Kurt en Kitty Mühlfelder-Troostwijk met hun dochtertje Marlies in de periode maart 1943 tot februari 1944 ondergedoken. Kurt, Kitty en Marlies Mühlfelder overleefden de oorlog.
Op het adres E 97 (Feithenhofsweg 5) woonden Herman Wessels met zijn vrouw Jansje Wessels-Christoffels. In hun huis zat het Joodse echtpaar Arthur en Dora Troostwijk-van Essen uit Zwolle ondergedoken. Arthur en Dora waren de ouders van Kitty, die bij de buren, de familie Van ’t Hul, was ondergedoken. Er was met regelmaat contact tussen de families Troostwijk en Mühlfelder.
Arthur en Dora Troostwijk overleefden uiteindelijk de oorlog. Ook de zoons Leo en Maurits en hun dochter Kitty met haar gezin komen door de oorlog heen. Zoon Menno werd op 13 maart 1943, direct na aankomst uit Westerbork, in Sobibor vergast. Zijn vrouw Annie Troostwijk-Hijmans werd op 10 maart 1943 vanuit Westerbork gedeporteerd naar het concentratiekamp Alter Flugplatz bij Lublin. Ze moest daar dwangarbeid verrichten, maar werd op 1 juni 1944 in Trawniki (Polen) vermoord.
Naast de familie Wessels woonden Albert Fidder en zijn vrouw Marrigje Fidder-Spijkerboer op het adres E 98 (Feithenhofsweg 7). Albert Fidder was vele jaren in dienst bij de familie Van Sytzama op het landgoed Schouwenburg. Het echtpaar Fidder had geen kinderen. In februari 1943 kregen ze Joodse onderduikers in huis, het Zwolse echtpaar Aron Keizer en Aaltje Keizer-Wallage.
Tijdens de onderduikperiode ontstonden er spanningen die steeds verder opliepen. Het echtpaar hield zich niet aan de afspraken en dreigden met hun roekeloze gedrag andere onderduikers in gevaar te brengen. Toen het uit de hand dreigde te lopen, zocht Albert Fidder contact met het verzet. Na ampele overweging werd besloten om het echtpaar Keizer te liquideren. Een uitermate moeilijke beslissing om uiteindelijk erger te voorkomen.
De officiële overlijdensdatum van het Aron en Aaltje Keizer-Wallage is vastgesteld op 29 februari 1944. Hun beide dochters wisten door onderduik de oorlog te overleven.
Bron:
Diverse briefwisselingen en gesprekken tussen Henk van ’t Hul (1930-2021) en Willem van Norel.
Dat er in Oldebroek relatief veel onderduikers waren tijdens de oorlog is mede te verklaren door het...
Oldebroek
Strand Horst
De Lunterse Boer ligt midden in de bossen en midden in Nederland. Een modern hotel en restaurant met...
Lunteren
Drie
Oldebroek
Tussen knooppunt 7 in Ermelo en knooppunt 47 in Zeewolde ligt de veerdienst Horst Strand - Zeewolde.
Zeewolde